Spiegeltje, spiegeltje aan de wand… wie is het mooiste van het land? Dit is een bekend zinnetje uit Sneeuwwitje, het sprookje van het meisje dat naarmate ze ouder wordt mooier wordt dan haar stiefmoeder – volgens diens magische spiegel. De stiefmoeder raakt hierdoor zo van slag dat ze opdracht geeft om Sneeuwwitje te doden – alleen maar omdat zij niet meer de mooiste is volgens haar spiegel. Maar wie zegt dat dat spiegeltje de waarheid vertelt?
Wie geloof jij?
Iedereen kijkt op zijn eigen manier aan tegen dingen om zich heen. Dit heeft ermee te maken dat we allemaal andere dingen hebben meegemaakt. Je kijkt dus (onbewust) met de gekleurde bril van je eigen ervaringen en herinneringen. Vaak heb je dat niet eens echt in de gaten. Zo is het ook als je in de spiegel kijkt: je ziet wat je wilt zien. Of beter gezegd, wat je gedachten over jezelf zeggen. Ben jij iemand die sneller vindt dat je iets niet goed genoeg doet, dan zul je vaker afkeurend in de spiegel kijken. Ben je iemand die tevreden is over de dingen die je doet, dan zul je positiever naar jezelf kijken.
Maar wat klopt hier nu echt van? Het begint er al mee dat het mogelijk niet waar is dat je dingen minder goed doet. Dat jij er niet tevreden over bent, wil niet zeggen dat het niet goed is. Misschien leg je de lat wel veel te hoog, maar dat zul je zelf niet zo snel zeggen. Dat komt omdat het voor jou gewoon is om te willen presteren. Sta er eens bij stil: wanneer is het goed? Wat moet er gebeuren of gedaan zijn zodat je tevreden kunt zijn? En dan nog: is dat iets wat je kunt veranderen? Sommige dingen zijn zoals ze zijn, die heb je niet in de hand – net zoals het weer dat is. Of het zijn ander mensen die verantwoordelijk zijn voor een eventuele verandering.
Je kunt geloven wat je wilt
Je hebt een keuze in wat je gelooft. Zo kun je blijven luisteren naar de gedachten die automatisch in je opkomen. Dat je veel puistjes hebt, bijvoorbeeld. Niet letterlijk met die woorden, maar je zult opmerken dat het niet lekker voelt. Wat kun je er werkelijk aan doen dat je puistjes hebt? Altijd wel iets, maar op het moment zelf niet echt. Het is beter om te kijken welke acties je kunt nemen om die puistjes te voorkomen dan alleen maar jezelf er een slecht gevoel mee geven.
Hoe is het voor je om de vervelende gedachten en gevoelens die voorbij komen te geloven? Knap je daarvan op? Voel je je daarna sterker of beter? Meestal niet! Meestal voel je je slechter, wat dan is je spiegelbeeld weer bevestigd. Dat ga je vervolgens uitstralen, waar andere mensen ook weer op reageren.
Kijk de andere kant op
Je moet niet doen alsof negatieve gedachten er niet zijn. Want dat zijn ze wél. Het is iets waar je mee aan de slag kunt; kijken wat wél kan. Kijken wat je kunt veranderen of welke acties jíj kunt ondernemen. Dáár heb je iets aan. Vervelende gevoelens moet je niet wegstoppen; je kunt ze beter erkennen. Bijvoorbeeld ‘ik weet dat ik dit niet fijn vind, alleen kan ik er nu niets aan doen’, en dat je dan kijkt naar wat wel kan. Wat zou je dat opleveren, denk je? Je zult hierdoor sterker of beter voelen. Wanneer iets lastig lijkt, begin dan met de eerste stap en zet van daar uit steeds een stapje verder. Je hoeft het plaatje niet direct compleet te hebben!
Kijk ook eens in de spiegel en let vooral op wat je leuk of mooi vindt, of waar je tevreden over kunt zijn. Er is altijd wel iets te noemen, al is het maar iets heel kleins. Als je dit doet, zul je merken dat dit je ook echt een beter gevoel geeft – ook al is het maar een klein beetje. Alle beetjes helpen!
Vaker in de spiegel kijken
Kijk dus eens wat vaker in de spiegel, maar dan heel nuchter. Het klinkt misschien niet spannend, maar daardoor laat je die vervelende beïnvloedende gedachten meer buiten de deur. Ze zijn er wel, maar je kunt ze best op een afstandje laten. ‘Ik weet dat ik last heb van puistjes, maar daar kan ik nu niets aan veranderen.’ Dit kan voor iedereen anders zijn. Je kunt zelf de focus op iets leggen waar je wél tevreden over bent. Probeer dat maar eens en merk op wat het met je doet. Ik hoor het graag!